Voorlopige analyse van de impact van de Septemberverklaring op bedrijven

Er moeten nog heel wat besparingsmaatregelen uit de Septemberverklaring verder worden uitgewerkt, maar hierbij een eerste analyse van ons studiecentrum.

Hoe kijken we naar de maatregelen rond competitiviteit? ​ 

In het voorjaar creëerde de Vlaamse regering een Vlaamse Productiviteits- en Competitiviteitsagenda (VPCA) met als doel de productiviteitsgroei op te krikken. Om dit doel te bereiken moet een begroting vooral de groeibevorderende maatregelen trachten te ontzien en deze juist, op een gerichte manier, te versterken. Want de gezondmaking van de begroting geschiedt niet enkel via besparingen, maar ook door een goed draaiende economische motor.

Uitgaven en investeringen in bijvoorbeeld infrastructuur en onderzoek, ontwikkeling en innovatie zijn daarom cruciaal. De eenmalige investeringsmiddelen in deze domeinen, zoals trachten de Einsteintelescoop naar Vlaanderen te halen, zijn daarom toe te juichen. Het is echter wachten op het totale begrotingsplaatje om de algemene impact van zulke groeibevorderende maatregelen te kunnen inschatten.

De Vlaamse begroting en het beleid in zijn hun geheel dienen zich nog sterker in te schrijven in de productiviteitsagenda. Een lagere regeldruk, een vlot vergunningenbeleid en andere goede randvoorwaarden zijn daarvoor essentieel. Maar er is anno 2025 meer nodig. In het bijzonder voor onze sterke energie-intensieve industrie. Sinds 2019 daalt de toegevoegde waarde van deze sectoren door de structureel hoge energieprijzen én onrendabele decarbonisatie-investeringen die voortvloeien uit de Europese klimaatdoelstellingen. ​ 

Vlaanderen heeft sinds dit jaar een transitie-instrument uitgerold in de vorm van een pilootproject, van 7 miljoen euro per jaar. Wetende dat de investeringen van de industrie in de miljarden lopen en deze investeringen in competitie liggen met de buurlanden, is een opschaling van het transitie-instrument noodzakelijk. Gegeven de hoge productiviteit van deze sectoren is dergelijk industrieel beleid een voorbeeld van een groeibevorderende begrotingsstrategie.

Het is ook belangrijk voor Voka-KvK Vlaams-Brabant dat het bestaande fiscale stelsel voor schenking en vererving van familiale vennootschappen behouden zou blijven. De vrijstelling van schenkbelasting (mits voldaan aan strenge voorwaarden) is essentieel om de continuïteit van familiale ondernemingen – goed voor één derde van het bbp en 40 % van de tewerkstelling - te verzekeren. Ondernemers worden hierdoor namelijk gestimuleerd hun overdracht tijdig voor te bereiden. ​ 

Hoe evalueren we de passages rond duurzaamheid?

De kilometerheffing voor vrachtwagens werd de voorbije jaren al fors duurder, zowel door de uitbreiding van het wegennet in 2024 (met 686 kilometer) als door tariefverhogingen boven op de indexatie. De laatste verhoging dateert van 1 juli 2025, maar opnieuw wordt naar de kilometerheffing gegrepen om de begroting in evenwicht te brengen. Via contractuele clausules komt de factuur onvermijdelijk bij de hele economie terecht.

Om de ondernemingen met vrachtwagens deels tegemoet te komen, kan Vlaanderen de index- en tariefaanpassingen voortaan laten ingaan op 1 januari in plaats van 1 juli. Dat sluit beter aan bij de heronderhandelingen van transportprijzen en stemt de timing af op de timing in Wallonië. Voka vraagt daarnaast dat de extra opbrengsten worden gebruikt om de onderhoudsachterstand van onze wegen versneld weg te werken. ​ 

Positief is dat de geplande investeringen in weginfrastructuur en fietspaden overeind blijven en dat de vrijstelling voor zero-emissie voertuigen behouden blijft. Europees zou de mogelijkheid tot vrijstelling ook verlengd worden tot 30 juni 2031. Voka rekent erop dat het Vlaamse Gewest van deze Europese mogelijkheid zal gebruik maken om de vergroening van de vrachtwagenvloot maximaal te stimuleren.

Voka vindt het jammer dat een algemene slimme kilometerheffing onbespreekbaar blijft voor de huidige Vlaamse regering, terwijl die de files kan helpen terugdringen. ​ 

In de Septemberverklaring kondigde de regering aan dat ze vanaf 2026 geen groenestroomcertificaten meer zal toekennen voor hernieuwbare energie-installaties tijdens negatieve elektriciteitsprijzen. ​ De bekommernis van de regering om de energiefactuur voor bedrijven te verlagen, is terecht. Ook vanuit systeemperspectief is steun tijdens negatieve prijsuren suboptimaal. ​ 

Toch vindt Voka dit niet de juiste maatregel. Producenten en bedrijven, die investeren in hernieuwbare energie, rekenen op gemaakte afspraken met de overheid om de rendabiliteit van hun projecten te berekenen. Over enkele jaren zouden de duurste certificaten sowieso uit de factuur verdwenen zijn. Het was beter geweest de gemaakte afspraken te honoreren en op andere wijze de factuur te verlagen, zoals het opkopen van warmtekrachtcertificaten met algemene middelen.

Een breder debat met gepaste maatregelen over de verlaging van energiekosten voor ondernemingen moet dringend gevoerd worden. We betreuren dat de schrapping van groenestroomcertificaten tijdens negatieve uren hier geen deel van uitmaakt. We roepen de regering op om werk te maken van een verlaging van de energiekost, bijvoorbeeld via het staatssteunkader dat CISAF aanreikt. ​ 

Hoe evalueren we de passages rond onderwijs?

Samen met het ontwikkelen van mensen staat Vlaanderen ook voor een grote activeringswerf nu de werkloosheidsuitkeringen beperkt worden in de tijd en de federale plannen evolueren in de richting van activering van langdurig zieken. Dit vraagt om een bijzonder performante en wendbare VDAB die presteert op weloverwogen kerntaken en een sterke dienstverlening aanbiedt aan werkzoekenden én werkgevers. Tijd voor een ambitieuze beheersovereenkomst

De actuele hervorming van de Individuele Beroepsopleiding (IBO) is alvast een belangrijk signaal op een belangrijk moment. De succesformule van weleer krijgt nieuw leven ingeblazen en biedt dus de opportuniteit om nog meer en beter te worden ingezet op de om- en bijscholing van de arbeidsreserve. Voka-KvK Vlaams-Brabant vraagt dat VDAB daar nu actief mee aan de slag gaat en het promoot bij ondernemingen.

Het optrekken van de zorgpremie is een goede zaak. De vergrijzende Vlaming verwacht voldoende en kwalitatieve ouderenzorg. Met de Zorgverzekering wordt alvast het verzekeringsprincipe gehonoreerd, rekening houdend met het feit dat volgens de OESO de eigen bijdragen voor ouderenzorg op de helft ligt van het EU-gemiddelde.

Daarentegen ontbreekt het evenwel aan een duidelijke beleidslijn omtrent preventie en innovatie. Deze zijn nochtans essentieel om de toekomstige meeruitgaven onder controle te houden. Mocht de 5%-preventienorm worden gehanteerd zouden uitgaven immers moeten stijgen van 85 naar 875 miljoen euro. 

Het budget voor Welzijn, Volksgezondheid en Gezin stijgt met een half miljard verder naar 18.3 miljard euro. De regering wil inzetten op het wegwerken van wachtlijsten en uitbreiden van kinderopvang en dat is nodig maar niet voldoende. Het is ook nodig dat wordt ingezet op digitalisering en databeleid alsook geïntegreerde zorg die schaalvoordelen doet ontstaan in de zorg over sectoren heen. Dit moet toelaten om nog meer efficiëntie en zorg te realiseren.

Tot slot kiest de regering terecht voor het schrappen van de schoolbonus in het Groeipakket. Dat pakket richt zicht immers te breed op iedereen in plaats van selectief in te zetten op groepen die hieraan het meeste nood hebben. 

 

Yves Lambrix

Yves Lambrix

Directeur Belangenbehartiging

 

 

Contacteer ons

Mathieu Wouters

Mathieu Wouters

Communicatiemedewerker, Voka - Kamer van Koophandel Vlaams-Brabant

Yves Lambrix

Yves Lambrix

Directeur Belangenbehartiging

Tiffany Mestdagh

Tiffany Mestdagh

Woordvoerder, Voka - Kamer van Koophandel Vlaams-Brabant

Persberichten in je mailbox

Door op "Inschrijven" te klikken, bevestig ik dat ik het Privacybeleid gelezen heb en ermee akkoord ga.

Over Voka - Kamer van Koophandel Vlaams-Brabant

Neem contact op met